Wolter besloot in 1914 Laren vaarwel te zeggen en zich in Amsterdam te vestigen. Hij vond woonruimte aan de Amstel en schilderde vandaar zijn schitterende gezichten op de rivier. Vanuit zijn atelier op de 3e etage had hij zicht op het botenhuis van de roeivereniging, met daarachter het Amstelhotel, theater Carré en in de verte de Magere Brug.
Wolter bezocht veelvuldig Venetië waar hij de Piazza San Marco in 1931 schetste en maakte hij verder impressies van de lagune met uitzicht op het eiland San Giorgio Maggiore. Ook schilderde Wolter verschillende keren het Canal Grande met op de achtergrond de Santa Maria della Salute. Een favoriete bestemming voor Wolter werd het vissersplaatsje Camogli, vlakbij Genua. Hij schilderde veelvuldig de binnen -en buitenhaven.
Wolter schilderde en plain air en en couleurs claires. Het verhaal gaat dat hij z’n zonnige winterlandschappen buiten schilderde met doeken om het hoofd en handen. Hij verlevendigde zijn winterlandschappen met figuren, die hij zelf schilderde. Zelfs in de winter was hij een schilder van “mooiweer” die een prijs der blijmoedigheid verdiend zou hebben. Het zijn stemmingslandschappen, die met en door natuurstemmingen een gemoed uittrekken. Zij brengen ons in vakantiestemming, net als zijn zomerlandschappen
Wolter schilderde in plein air en vooral dicht bij het water. Zo was hij te vinden bij kleine rivieren, de grachten van Amsterdam, de wilde kust van Cornwall, in Venetië en de haven van Camogli. Hij was altijd op zoek om op een speciale manier licht weer te geven, de kleuren en weerspiegeling van het water.
Dit schilderij laat de haven van Camogli zien, een kleurrijk vissers dorp aan de Italiaanse Riviera. Het dorp staat vol met kleurrijke huisjes die vooral dateren in de 17e eeuw. Veel van deze huisjes in het oude dorp zijn wergegeven in Trompe L’Oeil stijl. Hendrik Jan Wolter kon de kleuren van de haven pakken met snelle, korte kleurrijke streken. Hiermee wordt je een tijdloos toeschouwer van Camogli’s pracht.